Waar de nood het hoogst is
November 1979
Waar de nood het hoogst is

Door de ogen van de auteur:
Terug van zeer-ver-en-lang-weggeweest, was ik op een mooie zomerse dag op wandel, om mijn geboortedorpje opnieuw te verkennen. En zo kwam ik toevallig in de buurt van de oude hoeve "Ter Eiken". Als knaap had ik er nog gestoeid en belangstellend keek ik om me heen. Onder een keurig zonnescherm zaten twee oude mannen te genieten van een koele drank, die de jonge blozende boerin hen net had voorgezet. De vrouw zag er stralend uit en toen ik plots haar beide schattige kinderen in het oog kreeg kon ik bijna begrijpen waarom. Hoe het kon weet ik niet, maar één van de oudjes moet me herkend hebben, want na korte tijd zat ik naast hen neer en had de boerin me ook wat te drinken gebracht. En toen wist ik opeens wie ze was.
Auteur: Edmond Lauwaet
Algemene leiding: Geeraard Bekaert, Arsène Van de Velde
Spelers:
Door Luyts Luk Lauwaet
Clara Annie Vercauter
Dirk Arsène Van de Velde
Johanna Kathy Trenteseau
Vader Sander André Van de Walle
Tante Mies Gerda Heyman
Leo Firmin Goethals
Nolle Van Dries Erik Bauwens
Anneke Van Dries Rosa De Clerck
Desire Jan Van der Straete
Decor: Aimé de Sloover, Arsène West, Jeroom Rondas, Gerard Cattoir, Rudy De Rese, Gaby D'hondt
Voorzegger: Sylvain Verheecke
Toneelmeester: Gratiën Gijsels
Grimeur: Paul Vervaet
Machinist: Roger De Wever
Het moet zijn dat vele vragen in mijn ogen zijn opgerezen, want heel spontaan en rustig is me dan het verhaal van "Ter Eiken" verteld. Ik was er geweldig van onder de indruk; zo erg dat ik niet nalaten kan U, op mijn beurt maar op mijn manier, deze boeiende geschiedenis te vertellen. Net als mij zal het U ook duidelijk worden, dat voor ons, stervelingen, de zon niet alle dagen warmte geeft en dat het ware geluk en de hartvrede, vaak zware barensweeën kennen.
Wat die mensen me daar verteld hebben, is niet altijd leuk of hartverheffend. Ik zal U dan ook niets besparen of verzwijgen, al vermoed ik dat U me soms voor pessimist zult houden. Dat ben ik echter niet en U zult het na dit verhaal ook niet zijn. Alleen hoop ik, dat het tot U zal doordringen, dat "mensen steeds mensen zijn", met hun mooie en lelijke neigingen. Of, als U dat zou doen glimlachen, zou ik zeggen, onder het lot van toeval. Mij best.
Maar waar is en blijft het:
"Waar de nood het hoogst is, is de redding nabij".